Op je automatische piloot je geloof beleven
Kent u dat ook ? Van die periodes dat je geloofsleven wat is ingedut, dat het op een laag pitje staat ? Dat je het gevoel hebt dat je gelooft op de automatische piloot ?
Hoe kan dat nou, zou je denken, wanneer je de Heilige Geest ontvangen hebt ? Dan moet je toch in vuur en vlam staan ? Heb ik dan de Geest wel ontvangen ?
Gefeliciteerd wanneer u een automatische piloot hebt, waarop uw geloof voortgaat. Want weet u die automatische piloot, dat is de Geest die ervoor zorgt dat u toch blijft geloven. Het leven, met zijn zorgen en moeiten. Met zijn tegenslagen en tegenwerking kan je terneer slaan. Het kan je van tijd tot tijd murw maken. Ook christenen ontkomen daar niet aan, we zijn tenslotte maar mensen. Maar gelukkig is daar dan de Geest van God. Hij zorgt ervoor, allereerst, dat we overleven. En wanneer we dan tot rust zijn gekomen, dan geeft Hij weer nieuwe kracht en een nieuwe impuls van ons geloofsleven. Paulus vergelijkt het geloofsleven als een wedstrijd, een renbaan, een hordeloop, 1 Korinthiërs 9 : 24 t/m 27, bijvoorbeeld. We kennen allemaal wel die beelden van de televisie. Honderd meter sprint. Ze rennen hun benen uit het lijf en na de race liggen ze amechtig hijgend bij te komen. En als de ademhaling weer op orde is vatten ze nieuwe kracht en staan op. Zo werkt de Geest ook. Wanneer de hordeloop van het leven ons buiten adem brengt, blijven we overeind door Zijn kracht en komen we ook weer op nieuwe krachten. Dat doet Hij. Toch begrijp ik je zorgen wel, wanneer je jezelf afvraagt of je de Geest dan wel ontvangen hebt. Maar weet je, het enkele feit dàt je je dat afvraagt, dat je je dààr zorgen om maakt, bewijst dat je de Geest hebt ontvangen. Want wanneer je de Geest niet had dan maakte je daar niet druk om.
Maar ik voel niet altijd dat dat zo is, ik leef inderdaad vaak voor mijn gevoel op die automatische piloot. Hoe kan ik dat veranderen ?
Allereerst moeten we onszelf niet allerlei onredelijke eisen stellen. Het is als met de liefde. Je voelt niet elke dag dezelfde hartstocht, dezelfde passie, als toen je elkaar pas kende. Maar dat wil niet zeggen dat er dan geen liefde is. Het zou niet goed zijn als we ons hele leven zo hartstochtelijk en zo passievol zouden liefhebben, want dan zouden we geen oog meer hebben voor andere even belangrijke dingen in ons leven. Het zou ons “gewone” dagelijkse leven onmogelijk maken. Want de liefde is niet alleen samen zijn, maar ook de was doen, de vuilnis buiten zetten. Je boterham verdienen. Zorgen voor je kinderen, enz, enz.
Zo is het ook met je geloofsleven. Er zullen tijden zijn dat je in vuur en vlam staat. Je gedreven bent. Je op de toppen van de bergen bent. Maar er zullen ook tijden zijn dat het minder is. En in moeilijke tijden wanneer het onkruid van de zorgen het gazon van je leven dreigt te overwoekeren, kan je geloofsleven op een laag pitje komen te staan. Dat is heel menselijk. Daar behoef je je niet schuldig om te voelen. De Geest weet dat ook, Hij gaat immers ook van Jezus Christus uit ( Belijdenis van Nicea ). En is Jezus niet een mens geweest zoals jij en ik. Hij is de Hogepriester die met ons kan meevoelen, Hebreeën 4 : 15. Hij, de Geest weet dus dat we soms heel zwak zijn. Daarom is Hij onze automatische piloot. Zo houdt Hij ons geloofsleven in stand, op een laag pitje misschien, maar het is er nog steeds, dankzij Hem.
Wanneer we tot die ontdekking komen, wanneer we constateren het is niet best gesteld met mijn geloofsleven. Het staat op een laag pit, dan moeten we aan de slag. Dat is het tweede wat belangrijk is. Wat doe je als een olielamp op een laag pitje gaat branden, wat doe je als het vuur van de vuurkorf steeds minder wordt ? Juist, dan voeg je brandstof toe.
Hoe doe je dat met het laagpitje van je geloofsleven ? Je gaat je bijbel lezen. Je gaat bidden. Dat kinderliedje is zo waar! Lees je bijbel, bid elke dag, opdat je groeien mag.
Maar er zijn zoveel dingen die mijn aandacht vragen ? Dan moet je prioriteiten stellen in je leven. Welke dan ? Dat heeft Jezus ons zelf geleerd. Lucas 12 : 30 en 31; “De volken van deze wereld jagen die dingen na, maar jullie Vader weet dat je ze nodig hebt. Zoek liever het Koninkrijk, en die andere dingen zullen je erbij gegeven worden”. Wat zijn die dingen dan? Eten, drinken, kleding, een dak boven je hoofd, kortom alle zorgen van het aardse bestaan.
Nee, zegt Jezus, zoek eerst de dingen van het Koninkrijk. Maak je druk met de Here God dienen met heel je hart, heel je ziel en verstand en al je krachten en heb je naaste lief als je zelf. En de Vader zal je dit alles geven in je slaap. Dat wil zeggen, je behoefd er niets voor te doen. Omdat jij een geliefd kind van Hem bent en geheel op Hem vertrouwd zal Hij voor je zorgen. Wie de Here dient wordt door de Here verzorgt. Paulus zegt het zo in 1 Korinthiërs 9 : 7; “Wie gaat er nu op eigen kosten in krijgsdienst ? Wie plant er een wijngaard en eet niet van de vruchten ? Of wie hoedt er een kudde en drinkt niet van de melk ?” Wie in het koninkrijk van God zijn werk doet, die ontvangt van God alles wat hij of zij nodig heeft.
Maar ik vind dat wel erg moeilijk. Dat is het ook. Weet je wat het makkelijkste in het leven is? Vertrouwen op een ander. Weet je wat het moeilijkste in het leven is ? Vertrouwen op een ander. Maar God zij dank, we hebben de Geest en Hij helpt ons daarbij. Hij werkt het willen en werken in ons. Hij zorgt dat wij op God vertrouwen. Hij verzekert ons ervan dat het echt zo is.
Maar ik ben zo zondig, zou Hij wel in mij willen wonen ?
Daarvoor is de Here Jezus nu juist gekomen. Matteüs 9 : 13b; “Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen te roepen, maar zondaars”. En daarom komt de Geest in jou wonen. Zijn vuur gaat in jou branden en Hij maakt jou brandschoon. Dat doet zeer ! Want met het heilig vuur van de Geest brand Hij jouw zonden weg. Hij heiligt jou. Hij zorgt ervoor dat je je bewust wordt van je zonden en Hij zorgt ervoor dat je een nieuwe mens wordt. Een mens die leeft zoals God dat van jou vraagt. Een mens zoals God het bedoelt heeft.
Is dat niet prachtig ?! Even tussen haakjes, welke Godsdienst leert dat God in jou komt wonen en alles voor jou doet, door jou om te vormen tot een mens zoals God bedoelt heeft.
Juist, alleen het Christendom. Dat is het grote wonder. Het is niet slechts Immanuel; God met ons, maar God in ons. Wie de Geest heeft ontvangen wordt echt beelddrager van God.
Wie de Geest van Christus heeft ontvangen gaat steeds meer op Jezus lijken.
Nou daar merk ik niet zoveel van.
Misschien komt dat dan omdat wij de Geest voor de voeten lopen. Omdat wij halsstarrig vast houden aan onze eigen wil. “Met onwillige honden is het slecht hazen vangen”, zegt een Nederlands spreekwoord. Dat geldt ook voor de Geest. Wanneer wij de Geest weerstaan, zal het niet beter gaan. Blijven wij hangen in onze zonden. Maar gelukkig is Gods Geest sterker. Hij breekt door ons hart en raakt ons vaak net op het moment wanneer wij onszelf sterk achten en onaantastbaar. Gelukkig maar!
Laten we dan maar bidden om de Geest, elke dag, opdat Hij Zijn werk in ons kan doen. In ons persoonlijk en door ons allemaal in de Kerk en de wereld. Laat ons gebed steeds zijn;
Laat U mijn hart een tempel zijn,
maak toch mijn leven nieuw en rein.
Regeer mij door uw leven woord.
Geleid ook al God kinderen voort.